 |
nr 24: Wonen en werken in de grote groene stad, van zelfbeheer tot stadsoase ISBN 978 90 5472 105 5 In de grote steden trekken sociaal bewogen buurtbewoners, ouderen en woongroepen van gelijkgestemden samen op om karakteristieke panden te behouden en woonwijken milieuvriendelijk te maken. Terwijl duurzame initiatieven op nieuwbouwlocaties vaak een reactie zijn op de monotonie van de Vinexwijk, verenigen bewoners in oude stadswijken zich in duurzame projecten tegen de kaalslag en de uniformiteit van de stadsvernieuwing. Door de diversiteit van de initiatiefnemers ontstaat draagvlak voor grote projecten, waarin ondanks de stedelijke dichtheid veel ruimte is voor groen en ontmoetingsruimte. En nu het geld niet meer op straat ligt, worden motivatie, tijd en kennis van bewoners steeds meer op waarde geschat. |
 |
nr 23: Duurzame stadsoases, functioneel, financieel, ecologisch en sociaal in balans ISBN 978 905472 094 2 Bij de start van een duurzaam project verwijzen de initiatiefnemers vaak naar een eerder project als inspiratiebron. Velen zijn op het spoor gezet door pioniers uit de jaren zeventig, de tijd van de oliecrisis, het Rapport aan de Club van Rome en de eerste Milieu Effect Rapportages. Hoewel milieudoelstellingen bij de succesvolle duurzame projecten aanvankelijk centraal staan, blijkt uiteindelijk de sociale duurzaamheid doorslaggevend. “Wat mij bezig hield was ‘hoe doorbreek je die monotonie van een woonwijk’. Dat was voor mij minstens even belangrijk als een lage EPC waarde.” |
 |
nr 22: Speciale editie Groningen
Wooninnovatie Reeks rapport nr 22 gaat over de wijkvernieuwing in Corpus den Hoorn en andere projecten in Noord Nederland waarin bewoners, stedenbouwkundigen, gemeente, architecten en bouwers intensief hebben samengewerkt. Voorbeeldprojecten uit nieuwbouw, stadsvernieuwing en transformatie van een woonwagenkamp. Grote invloed van bewoners leidt tot variatie en nieuwe ontmoetingsruimte.
|
 |
nr 21: Wijkinnovatie, vermogens in de buurt ISBN 978 90 5472 088 1 In ‘moeilijke tijden’ en op ‘lastige plaatsen’ zoeken professionele partijen realisatiezekerheid en risicoreductie door ruimte te maken voor participatie en bewonersinitiatieven. Op het schaalniveau van de buurt is ook de samenhang zichtbaar tussen de factoren die bijdragen aan sociale innovatie, de ‘waarde van wijken’ en de buurt als business case. |
 het alternatief voor particulier opdrachtgeverschap |
nr 20: Co-ontwikkeling, het corporatie alternatief voor particulier opdrachtgeverschap ISBN 978 905472 075 1 Bij co-ontwikkeling bundelen bewoners hun krachten met professionele partijen. Kopers én huurders ontwikkelen samen een project op maat, zonder de risico’s van particulier opdrachtgeverschap. Afhankelijk van het initiatief ontstaat steeds een andere mix van woningen, groen en (zorg)voorzieningen. Daarmee is co-ontwikkeling zowel inzetbaar bij nieuwbouw in een uitbreidingswijk, als bij herstructurering, huisvesting van niet-doorsnee gezinnen, duurzaam buurtbeheer en de realisatie van bijzondere woonprogramma’s waarvoor specifieke expertise noodzakelijk is. |
 |
nr 19: Variatie en differentiatie met meer architecten ISBN 978 90 5472 068 3 Als een gemeente in een nieuwbouwwijk meer variatie wil realiseren dan gebruikelijk, kijkt men vaak naar particulier opdrachtgeverschap. De nadruk ligt dan op individueel opdrachtgeverschap, waarbij elke woning wordt ontworpen door een andere architect. De inspiratie voor stedelijke dichtheden komt vaak van ’Hollandse watersteden’, Scandinavische Hanzesteden en Amsterdamse grachtenpanden. Maar dezelfde inspiratie kan ook op heel andere manieren tot variatie en differentiatie leiden. Aanvulling op rapport nr 15 (Sfeer en stijl). |
 |
nr 18: Prettige plaatsen ISBN 978 905472 055 3 In steeds meer wijken en buurten nemen bewoners (een deel van) het beheer van de openbare ruimte op zich. Zowel in nieuwbouwwijken als in bestaande prachtwijken maken gemeente, corporaties en andere betrokkenen daarbij gericht ruimte voor bewonersinitiatieven. Zo onstaat draagvlak voor moeilijke belissingen (meer groen of meer parkeerplaatsen?, speelplaats voor kinderen of park voor iedereen?, openbaar of collectief?, mandelig of individueel?) en worden trage bezwaarprocedures voorkomen. Voor de professionals van stadsbeheer en groenonderhoud is het wel even wennen, maar de inbreng van bewoners zorgt niet alleen voor lagere kosten, maar vooral ook voor meer differentiatie, buurtidentiteit, trots en sociaal kapitaal. Aanvulling op rapport nr 6 (Sociaal kapitaal, betrokken bewoners bouwen betere buurten) en nr 13 (Beter voor de buurt, alle functies bij elkaar). |
 |
nr 16: Grachtenpanden 2.0, nr 17: Grachtenpanden 2.0 (deel 2) In bijna alle plannen voor ‘organische stedenbouw’ en ‘particulier opdrachtgeverschap’ wordt ter inspiratie verwezen naar de bekende Amsterdamse grachtengordels. De combinatie van variatie en verscheidenheid in een stadse dichtheid van deze prototypische ‘rijtjes woningen’ geldt op veel plaatsen nog steeds als streefbeeld van ‘eenheid in verscheidenheid’ en ‘beeldkwaliteit’. Particulier opdrachtgeverschap in stedelijke dichtheden en aaneengesloten bouwblokken komt in Nederland relatief weinig voor. Maar sinds 1986 is een interessante reeks projecten gerealiseerd. Ook in Amsterdam zijn recente voorbeelden van harmonische rijen waarin elke woning door een andere architect is ontworpen, zonder dat dat heeft geresulteerd in ‘kakafonie’ of de ooit zo gevreesde ‘Belgische toestanden’. Rapport nr 16 presenteert de lessen van een aantal ‘oervoorbeelden’ in Amsterdam (Scheepstimmermanstraat), Delft (Schutterstraat) en Enschede (Lonnekerspoorlaan). Rapport nr 17 behandelt voorbeelden uit o.a. Groningen (Kruitgracht), Krimpen (Lepelaar), Rotterdam (Walhallalaan) en Woerden (Waterrijk). |
 |
nr 15: Sfeer en stijl, de cultuur van het wonen Projectontwikkelaars maken niet alleen generieke ‘jaren dertig’ woningen, maar realiseren ook zeer geprofileerde projecten. Sfeer en stijl worden gebaseerd op een specifieke subcultuur of leefstijl en een uitgesproken concept. Daardoor voelen sommige bewoners en bezoekers zich direct thuis, terwijl anderen er liefst met een grote boog omheen rijden. De accenten verschillen sterk. Voor elk concept bestaat wel een (niche)markt. Zo ontstaat meer differentiatie en variatie en kan de ontwikkelaar in een dialoog met de toekomstige bewoners plannen toetsen en ontwikkelen. Voorbeelden van BPF Bouwinvest, Com.wonen, Concrete, DeltaForte, ERA Bouw, Feekes & Colijn, Geurst & Schulze, Francine Houben, Jan Kalff, Hamit Karakus, Lafour & Wijk, Rabo Vastgoed, Rudy Uytenhaak, Woonbron e.v.a. |
 |
nr 14: Preventief wonen, de dynamiek van de derde levensfase Over enkele jaren is een kwart van de bevolking 65+ maar nog volop vitaal en veel vermogender dan eerdere generaties. Hoe kunnen zij preventief wonen en lang actief blijven? Hoe ervaren zij gastvrijheid en comfort? Hoe wordt de zorg georganiseerd? Hoe houden we dat betaalbaar? Uit welke landen en sectoren komen de meest inspirerende voorbeelden? Wat gebeurt er met de mantelzorg? Hoe werkt ‘joint care’? Wat is ‘gecorrigeerde leeftijd’? Hoe werkt ‘preventief wonen’ in de praktijk? Wat gebeurt er in Nederland? Wat zijn in 2020 de mogelijkheden om te betalen voor (extra) kwaliteit en ruimte? Zijn er voldoende experimenten met nieuwe arrangementen? Wat kunnen we leren van Rosa Spier, Zuster Floor, Helende Hellingen, Palisium, …? |
 |
nr 13: Beter voor de buurt, alle functies bij elkaar Naast brede scholen en cultuurhuizen komen er steeds meer multifunctionele wijken, broedplaatsen en gebouwen waar wonen, werken, ontmoeting en ontspanning samengaan. Met gemeenschappelijke voorzieningen, zoals creches en parkeergarages, en buurtfuncties, zoals eetcafe, theater, atelier, studio, stadstuin, huisartsenpost, steunpunt voor thuiszorg, wijkbeheerder, … Als de gebruikers mee-ontwikkelen, -renoveren en -beheren, is niets onmogelijk. Gaandeweg maken ook krakers wooncarrière en ontpoppen zich als eigenaars en beheerders van buurtfuncties. Over de LPB Awards voor het meest inspirerende participatieproject, de WMO en de burgerparticipatieprijs van het ministerie van VROM. En voorbeelden uit Almelo, Amersfoort, Amsterdam, Bospolder Tussendijken, Capelle aan den IJssel, Dordrecht, Eindhoven, Hoogeloon, Houten, Rotterdam, … |
colofon |
onderzoek o.l.v. Jeanet Hacquebord, zi onderzoek redactie: Lex Kwee [nba], Jeanet Hacquebord
|